Collectie

Anaconda is een heterozygoot incompleet dominante mutatie in het patroon van de slang. Veel vlekken verbinden zich aan elkaar en het patroon aan de zijkant verdwijnt. De buik heeft vaak een solide zwarte kleur met soms een uitzondering waarbij de vlekken op de buik witte randen hebben.
Wanneer je twee anaconda’s tegen elkaar zet krijg je de homozygoot incompleet dominante superconda mutatie. De superconda mutatie is te herkennen aan de patroonloze rug en een zwarte buik.

Arctic is een heterozygoot incompleet dominante mutatie. Arctics worden lichter van kleur na elke vervelling.
Wanneer je twee arctics tegen elkaar zet krijg je de homozygoot incompleet dominante superartic mutatie. Superarctic stimuleert de melanine en verminderd andere pigmenten, voornamelijk het pigment van de achtergrond.

Superconda is een homozygoot incompleet dominante mutatie in het patroon van de slang. Deze mutatie is te herkennen aan de patroonloze rug en kan vaak, een van de kop af, doorgetrokken streep hebben.
Wanneer je twee anaconda’s tegen elkaar zet krijg je de homozygoot incompleet dominante superconda mutatie.

Superarctic is een homozygoot incompleet dominante mutatie in het patroon en de kleur van de slang. Superarctic stimuleert de melanine en verminderd andere pigmenten, voornamelijk het pigment van de achtergrond. De mutatie is herkenbaar aan de witte achtergrond met roze of bruin-grijze vlekken met een hoge concentratie melanine. Superarctics hebben een verminderd hoofd patroon. Met elke vervelling worden ze lichter van kleur. Wanneer ze uit de eieren komen zijn ze bijna volledig zwart, na een paar vervellingen zien ze er uit zoals in de foto. Als je twee heterozygoot incompleet dominante arctics samenzet krijg je de superarctic mutatie.

Superconda is een homozygoot incompleet dominante mutatie in het patroon van de slang. Deze mutatie is te herkennen aan de patroonloze rug en kan vaak, een van de kop af, doorgetrokken streep hebben.
Wanneer je twee anaconda’s tegen elkaar zet krijg je de homozygoot incompleet dominante superconda mutatie.

Superarctic is een homozygoot incompleet dominante mutatie in het patroon en de kleur van de slang. Superarctic stimuleert de melanine en verminderd andere pigmenten, voornamelijk het pigment van de achtergrond. De mutatie is herkenbaar aan de witte achtergrond met roze of bruin-grijze vlekken met een hoge concentratie melanine. Superarctics hebben een verminderd hoofd patroon. Met elke vervelling worden ze lichter van kleur. Wanneer ze uit de eieren komen zijn ze bijna volledig zwart, na een paar vervellingen zien ze er uit zoals in de foto. Als je twee heterozygoot incompleet dominante arctics samenzet krijg je de superarctic mutatie.

De albino mutatie is een recessieve mutatie en is de meest voorkomende mutatie onder de slangen. Bij een albino is er geen melanine aanwezig. Het melanine tekort zorgt ervoor dat de slang minder bruin-zwart pigment heeft en een rode, oranje of gele kleur krijgt. Een albino is ook vaak te herkennen aan de rood gekleurde ogen.

De albino mutatie is een recessieve mutatie en is de meest voorkomende mutatie onder de slangen. Bij een albino is er geen melanine aanwezig. Het melanine tekort zorgt ervoor dat de slang minder bruin-zwart pigment heeft en een rode, oranje of gele kleur krijgt. Een albino is ook vaak te herkennen aan de rood gekleurde ogen.

Superconda is een homozygoot incompleet dominante mutatie in het patroon van de slang. Deze mutatie is te herkennen aan de patroonloze rug en kan vaak, een van de kop af, doorgetrokken streep hebben.
Wanneer je twee anaconda’s tegen elkaar zet krijg je de homozygoot incompleet dominante superconda mutatie.

De albino mutatie is een recessieve mutatie en is de meest voorkomende mutatie onder de slangen. Bij een albino is er geen melanine aanwezig. Het melanine tekort zorgt ervoor dat de slang minder bruin-zwart pigment heeft en een rode, oranje of gele kleur krijgt. Een albino is ook vaak te herkennen aan de rood gekleurde ogen.

De albino mutatie is een recessieve mutatie en is de meest voorkomende mutatie onder de slangen. Bij een albino is er geen melanine aanwezig. Het melanine tekort zorgt ervoor dat de slang minder bruin-zwart pigment heeft en een rode, oranje of gele kleur krijgt. Een albino is ook vaak te herkennen aan de rood gekleurde ogen.

Superconda is een homozygoot incompleet dominante mutatie in het patroon van de slang. Deze mutatie is te herkennen aan de patroonloze rug en kan vaak, een van de kop af, doorgetrokken streep hebben.
Wanneer je twee anaconda’s tegen elkaar zet krijg je de homozygoot incompleet dominante superconda mutatie.

Pink Pastel Albino is een recessieve mutatie en wordt vaak aangeduid als PPA. Pink Pastel Albino is een T- albino vorm. Als ze uit het ei komen, beginnen ze roodachtig en worden na verloop van tijd roze. Deze mutatie bleek moeilijk te kweken en had meerdere genetische defecten, zoals stargazing, wervelkolomafwijkingen, vergrote hoofden, dwerggroei, geen ogen, enzovoort. Tegenwoordig hebben fokkers deze mutatie gezonder gemaakt door uitkruising. Deze mutatie is volledig anders dan de gewone albino.

Axanthic is een recessieve mutatie waarbij het rode en gele pigment niet aanwezig is. De slangen hebben wit, grijs, zwarte tinten. De buik van een axanthic mist ook het gele, rode of oranje pigment.

Anaconda is een heterozygoot incompleet dominante mutatie in het patroon van de slang. Veel vlekken verbinden zich aan elkaar en het patroon aan de zijkant verdwijnt. De buik heeft vaak een solide zwarte kleur met soms een uitzondering waarbij de vlekken op de buik witte randen hebben.
Wanneer je twee anaconda’s tegen elkaar zet krijg je de homozygoot incompleet dominante superconda mutatie. De superconda mutatie is te herkennen aan de patroonloze rug en een zwarte buik.

Axanthic is een recessieve mutatie waarbij het rode en gele pigment niet aanwezig is. De slangen hebben wit, grijs, zwarte tinten. De buik van een axanthic mist ook het gele, rode of oranje pigment.

Caramel is een recessieve kleurmutatie. Caramel is de meest zuivere vorm van T+ albino en vertoont geen zwarte tekeningen. Caramels zijn romig gekleurd met roze markeringen. Ogen en tong zijn beide robijnroze gekleurd. Het buikpatroon is vrijwel geheel afwezig, hierdoor is de buik ivoor-crème kleurig. Caramels hebben ook een verminderd nekpatroon.

Sable is een recessieve mutatie die de productie van melanine en alle andere chromatoforen versnelt. Sables worden, naarmate ze ouder worden, steeds donkerder. Dit zorgt ervoor dat sommigen uiteindelijk bijna volledig zwart worden. Sables vertonen een grotere hoeveelheid aan iridoforen in vergelijking met andere morphs. Iridoforen zijn verantwoordelijk voor de reflecterende eigenschappen en tinten.

Arctic is een heterozygoot incompleet dominante mutatie. Arctics worden lichter van kleur na elke vervelling.
Wanneer je twee arctics tegen elkaar zet krijg je de homozygoot incompleet dominante superartic mutatie. Superarctic stimuleert de melanine en verminderd andere pigmenten, voornamelijk het pigment van de achtergrond.

Sable is een recessieve mutatie die de productie van melanine en alle andere chromatoforen versnelt. Sables worden, naarmate ze ouder worden, steeds donkerder. Dit zorgt ervoor dat sommigen uiteindelijk bijna volledig zwart worden. Sables vertonen een grotere hoeveelheid aan iridoforen in vergelijking met andere morphs. Iridoforen zijn verantwoordelijk voor de reflecterende eigenschappen en tinten.

Arctic is een heterozygoot incompleet dominante mutatie. Arctics worden lichter van kleur na elke vervelling.
Wanneer je twee arctics tegen elkaar zet krijg je de homozygoot incompleet dominante superartic mutatie. Superarctic stimuleert de melanine en verminderd andere pigmenten, voornamelijk het pigment van de achtergrond.

Superconda is een homozygoot incompleet dominante mutatie in het patroon van de slang. Deze mutatie is te herkennen aan de patroonloze rug en kan vaak, een van de kop af, doorgetrokken streep hebben. Wanneer je twee anaconda’s tegen elkaar zet krijg je de homozygoot incompleet dominante superconda mutatie.

Toffeebelly is een recessieve mutatie met een vermindering van melanine (T+ Albino) behalve op enkele zeldzame paradox vlekken. De naam “toffeebelly” is gekozen vanwege de toffee gekleurde buik. Toffeebelly’s hebben vaak een licht goud-bruinige kleur. Echter zijn er vaak meerdere tinten in een legsel te vinden, zo heb je groene, rode, oranje en gele tinten.

Anaconda is een heterozygoot incompleet dominante mutatie in het patroon van de slang. Veel vlekken verbinden zich aan elkaar en het patroon aan de zijkant verdwijnt. De buik heeft vaak een solide zwarte kleur met soms een uitzondering waarbij de vlekken op de buik witte randen hebben.
Wanneer je twee anaconda’s tegen elkaar zet krijg je de homozygoot incompleet dominante superconda mutatie. De superconda mutatie is te herkennen aan de patroonloze rug en een zwarte buik.

Toffeebelly is een recessieve mutatie met een vermindering van melanine (T+ Albino) behalve op enkele zeldzame paradox vlekken. De naam “toffeebelly” is gekozen vanwege de toffee gekleurde buik. Toffeebelly’s hebben vaak een licht goud-bruinige kleur. Echter zijn er vaak meerdere tinten in een legsel te vinden, zo heb je groene, rode, oranje en gele tinten.

Axanthic is een recessieve mutatie waarbij het rode en gele pigment niet aanwezig is. De slangen hebben wit, grijs, zwarte tinten. De buik van een axanthic mist ook het gele, rode of oranje pigment.

Toffeebelly is een recessieve mutatie met een vermindering van melanine (T+ Albino) behalve op enkele zeldzame paradox vlekken. De naam “toffeebelly” is gekozen vanwege de toffee gekleurde buik. Toffeebelly’s hebben vaak een licht goud-bruinige kleur. Echter zijn er vaak meerdere tinten in een legsel te vinden, zo heb je groene, rode, oranje en gele tinten.

Anaconda is een heterozygoot incompleet dominante mutatie in het patroon van de slang. Veel vlekken verbinden zich aan elkaar en het patroon aan de zijkant verdwijnt. De buik heeft vaak een solide zwarte kleur met soms een uitzondering waarbij de vlekken op de buik witte randen hebben.
Wanneer je twee anaconda’s tegen elkaar zet krijg je de homozygoot incompleet dominante superconda mutatie. De superconda mutatie is te herkennen aan de patroonloze rug en een zwarte buik.

Axanthic is een recessieve mutatie waarbij het rode en gele pigment niet aanwezig is. De slangen hebben wit, grijs, zwarte tinten. De buik van een axanthic mist ook het gele, rode of oranje pigment.

Toffeebelly is een recessieve mutatie met een vermindering van melanine (T+ Albino) behalve op enkele zeldzame paradox vlekken. De naam “toffeebelly” is gekozen vanwege de toffee gekleurde buik. Toffeebelly’s hebben vaak een licht goud-bruinige kleur. Echter zijn er vaak meerdere tinten in een legsel te vinden, zo heb je groene, rode, oranje en gele tinten.

Toffeebelly is een recessieve mutatie met een vermindering van melanine (T+ Albino) behalve op enkele zeldzame paradox vlekken. De naam “toffeebelly” is gekozen vanwege de toffee gekleurde buik. Toffeebelly’s hebben vaak een licht goud-bruinige kleur. Echter zijn er vaak meerdere tinten in een legsel te vinden, zo heb je groene, rode, oranje en gele tinten.

Superarctic is een homozygoot incompleet dominante mutatie in het patroon en de kleur van de slang. Superarctic stimuleert de melanine en verminderd andere pigmenten, voornamelijk het pigment van de achtergrond. De mutatie is herkenbaar aan de witte achtergrond met roze of bruin-grijze vlekken met een hoge concentratie melanine. Superarctics hebben een verminderd hoofd patroon. Met elke vervelling worden ze lichter van kleur. Wanneer ze uit de eieren komen zijn ze bijna volledig zwart, na een paar vervellingen zien ze er uit zoals in de foto. Als je twee heterozygoot incompleet dominante arctics samenzet krijg je de superarctic mutatie.

Lavender is een recessieve kleurmutatie en een T+ vorm van albino. Jonge lavenders beginnen als bijna rode slangen met donkere buiken. Na twee of drie vervellingen wordt deze kleur zachter, hierdoor neemt de slang een meer roze-lavendelachtige kleur aan. Lavenders hebben donkere robijnrode ogen. Wanneer lavenders al een kleine mate van stress krijgen, wordt hun kleur donkerder. Dit heeft te maken met een verhoogde opwaartse stroom van melanine naar de melanoforen.

De albino mutatie is een recessieve mutatie en is de meest voorkomende mutatie onder de slangen. Bij een albino is er geen melanine aanwezig. Het melanine tekort zorgt ervoor dat de slang minder bruin-zwart pigment heeft en een rode, oranje of gele kleur krijgt. Een albino is ook vaak te herkennen aan de rood gekleurde ogen.

Lavender is een recessieve kleurmutatie en een T+ vorm van albino. Jonge lavenders beginnen als bijna rode slangen met donkere buiken. Na twee of drie vervellingen wordt deze kleur zachter, hierdoor neemt de slang een meer roze-lavendelachtige kleur aan. Lavenders hebben donkere robijnrode ogen. Wanneer lavenders al een kleine mate van stress krijgen, wordt hun kleur donkerder. Dit heeft te maken met een verhoogde opwaartse stroom van melanine naar de melanoforen.

Axanthic is een recessieve mutatie waarbij het rode en gele pigment niet aanwezig is. De slangen hebben wit, grijs, zwarte tinten. De buik van een axanthic mist ook het gele, rode of oranje pigment.

Anaconda is een heterozygoot incompleet dominante mutatie in het patroon van de slang. Veel vlekken verbinden zich aan elkaar en het patroon aan de zijkant verdwijnt. De buik heeft vaak een solide zwarte kleur met soms een uitzondering waarbij de vlekken op de buik witte randen hebben.
Wanneer je twee anaconda’s tegen elkaar zet krijg je de homozygoot incompleet dominante superconda mutatie. De superconda mutatie is te herkennen aan de patroonloze rug en een zwarte buik.

Axanthic is een recessieve mutatie waarbij het rode en gele pigment niet aanwezig is. De slangen hebben wit, grijs, zwarte tinten. De buik van een axanthic mist ook het gele, rode of oranje pigment.